Schuldenwijzer is een platform dat mensen met schulden een eenvoudig, beveiligd en online inzicht geeft van de eigen schulden en daarbij horende informatie.
Juridisch nieuws
Kort geding. Vordering tot opheffing strafrechtelijke anderbeslag gelegd op grond van Europees Bevriezingsbevel van EU-lidstaat. Vordering ingesteld tegen de gedelegeerd Europees Aanklager van het EOM, aan wie geen rechtspersoonlijkheid is toegekend. Niet-ontvankelijkheid. Onvoldoende gebleken dat geen andere met voldoende waarborgen omklede rechtsgang openstaat. Ook op inhoudelijke gronden geen plaats zijn voor opheffing, gelet op de beperkte toets die de voorzieningenrechter mag doen.
Kort geding. Executie woning wordt geschorst voor een periode van 6 maanden. Gedaagde had de betalingsregling niet op mogen zeggen zonder inachtneming van een opzegtermijn. Betalingsregeling mocht wel opgezegd worden, het betreft een voorlopige betalingsregeling.
Verzetzaak. Ontbinding en ontruiming. Belangenafweging. Beroep op art. 3 IVRK, maar acute toestand kinderen is niet gebleken. Verstekvonnis is bekrachtigd.
Haags Betekeningsverdrag. Gedaagde is woonachtig op een adres in Duitsland. De betekening heeft niet plaatsgevonden overeenkomstig de vereisten van het Haags Betekeningsverdrag. Gedaagde moet opnieuw worden opgeroepen.
KG. Eiser vordert opheffing van conservatoir beslag en restitutie van bedragen die zijn betaald aan gedaagde uit executoriaal beslag. Het aan de beslagen ten grondslag liggend vonnis is in hoger beroep vernietigd. Het vonnis moet worden geacht haar werking te hebben verloren zolang de uitspraak in hoger beroep zelf niet is vernietigd. Ook heeft de vernietiging terugwerkende kracht en leidt het tot een verplichting tot ongedaanmaking van verrichte prestaties. De vorderingen worden toegewezen.
Het hof stelt vast dat schuldenaar op 7 maart 2024 een schuldregelingsovereenkomst heeft gesloten met de schuldhulpverlener en dat hij toen al niet over afloscapaciteit beschikte. In lijn met HR 20 december 2024 (ECLI:NL:HR:2024:1913 wordt, anders dan de rechtbank, het alternatieve aanvangsmoment van de schuldsaneringsregeling als bedoeld in artikel 349a lid 1 Fw daarom bepaald op 7 maart 2024 in plaats van 14 januari 2025. Teneinde de bewindvoerder in staat te stellen verslag te doen van het verloop van de schuldsaneringsregeling en de rechter een eindzitting kan bepalen, wordt de termijn van de schuldsaneringsregeling verlengd met zes maanden.
Huurrecht. Prejudiciële vragen Rb. Noord-Holland (ECLI:NL:RBNHO:2024:10288). Invulling ‘belang van het kind’ uit art. 3 lid 1 IVRK bij ontruimingszaken van huurwoningen waar minderjarige kinderen bij betrokken zijn: vragen over toetsing, onderzoek, beslissing en motivering.
Kort geding. Executiegeschil. Schorsen tenuitvoerlegging vonnis. Verkapt appel. Vorderingen in conventie en in reconventie afgewezen.
Kort geding. Opheffing beslag wegens onnodig gelegd beslag. Er is vervangende zekerheid geboden maar daar is de beslaglegger niet mee akkoord gegaan. Het belang van de beslagene weegt zwaarder dan het belang van de beslaglegger.