Schuldenwijzer is een platform dat mensen met schulden een eenvoudig, beveiligd en online inzicht geeft van de eigen schulden en daarbij horende informatie.
Juridisch nieuws
Tot op het laatste moment blijft spannend of, en onder welke voorwaarden, de Brexit doorgang zal vinden. Uiteraard heeft dit ook gevolgen voor de grensoverschrijdende betekening van en aan het Verenigd Koninkrijk. Volgens het nu voorliggende scenario zullen verzoeken die uiterlijk 31 december as. aan de Centrale autoriteit van Engeland en Wales worden verzonden, nog volgens het regime van EU-Vo. 1393/2007 in behandeling worden genomen. Verzoeken die na die tijd worden ontvangen, moeten volgens het Haags betekeningsverdrag uit 1965 worden ingediend, zo schrijft de Senior Master of the Queen's Bench Division. De KBvG heeft in een schriftelijke reactie verzocht om verduidelijking of de datering van rond de jaarwisseling ingediende verzoeken zal worden beoordeeld volgens de verzend- of ontvangsttheorie. Ook heeft de KBvG aangegeven dat verzoeken afkomstig uit het VK die, blijkens het poststempel, uiterlijk 31 december as. zijn verzonden, door de KBvG en de Nederlandse gerechtsdeurwaarders volgens het regime van EU-Vo. 1393/2007 in behandeling worden genomen. Verzoeken die na die tijd vanuit het VK aan Nederland worden verzonden, moeten volgens het Haags betekeningsverdrag uit 1965 worden ingediend.
Het kabinet maakt onder andere € 130 miljoen vrij voor een Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) voor huishoudens die door omstandigheden in ernstige financiële problemen dreigen te komen.
Wanneer een verdachte een geldboete opgelegd krijgt, kan met behulp van het draagkrachtbeginsel rekening worden gehouden met de financiële situatie van de verdachte. Zodoende kan de rechter komen tot een passende en proportionele straf. In de praktijk is echter niet duidelijk hoe draagkracht moet worden vastgesteld. Ook heeft de rechter vaak geen objectieve gegevens om de draagkracht van een verdachte te onderbouwen. Dit gebrek aan houvast brengt de kans op rechtsongelijkheid met zich mee. Dat blijkt uit onderzoek van DSP-groep in opdracht van het WODC.
Het doel van het in dit rapport opgenomen onderzoek is om in kaart te brengen hoe de private markt invulling geeft aan betalingsregelingen en om uit te werken hoe gestimuleerd kan worden dat er, voordat een zaak voor de rechter wordt gebracht, geprobeerd wordt om een haalbare minnelijke betalingsregeling te treffen. Om bovenstaand doel te realiseren, geeft het voorliggende onderzoek antwoord op de volgende centrale onderzoeksvraag: Op welke wijze en in welke mate treffen de verschillende soorten private schuldeisers (haalbare) betalingsregelingen en welke mogelijkheden zijn er om de inzet van dit middel te verbeteren?
Het onderzoek beschrijft de (potentieel) civiel- en bestuursrechtelijke problemen die Nederlandse burgers ervaren, de verschillende wegen die zij bewandelen om deze problemen aan te pakken, de door hen behaalde resultaten en hun evaluatie van geraadpleegde adviseurs en procedures.
Eén van de vragen (vraag 16)betreft een vraag naar de laatste cijfers over huisuitzettingen. De minister antwoord daarop dat over het volledige jaar 2020 nog geen data bekend zijn. De Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG) liet weten dat in de eerste helft van 2020 1200 huisuitzettingen zijn geweest (waar dat er in 2019 2500 waren).
Op 30 november jl. is besloten dat de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet, o.a. met uitzondering van de tweede volzin van het met in artikel I, onderdeel D, opgenomen nieuwe tweede lid, en het Besluit beslagvrije voet treden in werking met ingang van 1 januari 2021.
Genoemde uitzondering op de inwerkingtreding heeft tot gevolg dat de laatste zin van het tweede lid van het nieuwe 475b - " Beslag op een vordering tot betaling van vakantiebijslag is niet verder geldig dan indien de vakantiebijslag gelijk met de periodieke inkomsten was betaald."- komt te vervallen. Hierdoor blijft de jurisprudentie van het Vakantiegeldarrest uit 2014 ook onder de nieuwe wetgeving overeind.
Dit wijzigingsbesluit vindt zijn oorsprong deels in kleinere aanpassingen binnen de WvBVV, deels in inzichten rond de herleiding van het belastbaar inkomen die tijdens de bouw van de rekenmodules zijn opgekomen en deels in de noodzaak om tot inregeling van de generieke rekenmodules te komen. Het wijzigingsbesluit is aangenomen op 19 november jl. en treedt in werking op 1 januari as..
Verschillende onderdelen noodzakelijk voor de uitvoering van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet vinden in deze regeling hun nadere uitwerking. Meer specifiek gaat het om:
-
a. de vaststelling van de factor, waarmee de beslagvrije voet dient te worden vermenigvuldigd indien de geëxecuteerde buiten Nederland een vaste woon- of verblijfplaats heeft (zie ook bijlage I van de regeling)
-
b. de vaststelling van de modelmededeling, bedoeld in artikel 475i, tweede lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (zie ook bijlage 2 van de regeling)
-
c. nadere regels, waaronder de aansluit- en gebruiksvoorwaarden, voor de door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid geboden ondersteuning, bedoeld in artikel 8 van het Besluit beslagvrije voet (zie ook bijlage 3 van de regeling); en
-
d. het bepalen van de gegevens die het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) verstrekt ten behoeve van het vaststellen van de beslagvrije voet, de aard van de periodieke inkomsten van de schuldenaar en diens eventuele echtgenoot of de identiteit van degene die periodieke betalingen aan de schuldenaar verricht (artikel 475ga, derde lid, van de wet).
De regeling is aangenomen op 25 november jl. en treedt in werking op 1 januari as..
Hij stelt in de brief het volgende: 'Ik ben verheugd uw Kamer te bevestigen dat de wet per 1 januari 2021 in werking treedt. Ondanks het ook nu nog kritische tijdspad is een aanzienlijk deel van de betrokken organisaties inmiddels ver genoeg gevorderd met de ontwikkeling van de benodigde ICT-voorzieningen en de inrichting van de werkprocessen om vanaf 1 januari 2021 uitvoering te geven aan de wet. '
Conclusie: de wet wordt dus geïmplementeerd per 1 januari en alle stakeholders zijn klaar voor implementatie.
Daarnaast is er sprake van een overgangstermijn tot 1 juli 2021. De overgangstermijn geeft de organisaties, die hiertoe een gemotiveerd verzoek hebben ingediend, de bevoegdheid om vanaf 1 januari 2021 gedurende maximaal zes maanden de oude berekeningswijze te hanteren voor de beslagen die worden gelegd in de periode 1 januari 2021 tot 1 juli 2021. Naar het zich nu laat aanzien zal hier een beperkt aantal gemeenten en waterschappen gebruik van maken.
Ook beantwoordde de staatssecretaris vragen van diverse fracties over de implementatie. Hierin schreef hij o.a. het volgende: 'Zoals ik heb aangegeven in voornoemde brief, treedt de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet per 1 januari 2021 in werking. De partijen die een eigen rekentool hebben gebouwd – de Belastingdienst, het UWV en de KBvG/SNG – hebben aangegeven per 1 januari 2021 gereed te zijn om de wet ten uitvoer te brengen. Tezamen nemen zij ongeveer tachtig procent van de beslagen voor hun rekening. In die gevallen zal bij beslagen op periodiek inkomen na 1 januari 2021 de beslagvrije voet op basis van de nieuwe berekeningswijze worden vastgesteld.'