Schuldenwijzer is een platform dat mensen met schulden een eenvoudig, beveiligd en online inzicht geeft van de eigen schulden en daarbij horende informatie.
Juridisch nieuws
Beslissing op verzet. Oorspronkelijke beslissing over ontruiming in 2015 blijft in stand
De kamer constateert dat de gerechtsdeurwaarder het dossier beter had moeten behandelen. Ook – of juist – in een zaak waarin de opdrachtgever een bekende is van de gerechtsdeurwaarder en sprake is van onderling informeel contact, dient de gerechtsdeurwaarder zorgvuldigheid te betrachten.
Beslissing op verzet. De oorspronkelijke beslissing over de niet ontvankelijkheid van de klacht blijft in stand. Er is geen sprake van een nieuw feitencomplex op grond waarvan de klacht inhoudelijk behandeld had moeten worden.
Klacht van de KBvG over PE punten. Ingegeven door vaste jurisprudentie op dit punt, waaronder de uitspraak van het gerechtshof Amsterdam ECLI:NL:GHAMS: 2008:BF2209, zal de kamer de gerechtsdeurwaarder een boete van € 200,00 per niet behaalde punt opleggen.
Beslissing op verzet. Oorspronkelijke beslissing over ministerieplicht blijft in stand.
Klacht gegrond. Maatregel: schorsing voor de duur van zes maanden (gerechtsdeurwaarder sub 1) en schorsing voor de duur van twee maanden (overige negen gerechtsdeurwaarders). De gerechtsdeurwaarders hebben langdurig tekorten laten ontstaan. De gerechtsdeurwaarders hebben gemeend de kantoorrekeningen bij de bewaarplicht op te kunnen tellen, zodat van een tekort geen sprake kon zijn. Daarnaast hebben de gerechtsdeurwaarders gelden, die toebehoorden aan de opdrachtgever, niet in de bewaarplicht opgenomen. Met de opdrachtgever was een vaststellingsovereenkomst opgemaakt, waaruit zou volgen dat de gelden een lening betrof (die renteloos mocht worden terugbetaald) en om die reden niet tot derdengelden gerekend hoefden te worden.
Beslissing op verzet. Verbintenis onder opschortende voorwaarde. Marginale toetsing. Onzorgvuldig gehandeld. Verzet gegrond.
-
Executoriale verkoop. Oneigenlijke druk. De gerechtsdeurwaarder heeft beslag op roerende zaken (inventaris) gehandhaafd en openbare verkoop aangezegd. Marginale toetsing van de titel had echter tot de conclusie moeten leiden dat deze titel niet voldoende grond biedt voor het gelegde beslag, omdat de beslagen goederen niet aan beslagenen toebehoren, maar aan een v.o.f..Daarnaast is niet is gebleken dat de gerechtsdeurwaarder voldoende invulling heeft gegeven aan zijn verantwoordelijkheid om te onderzoeken of executoriale verkoop zou leiden tot enig verhaal voor zijn opdrachtgever, mede gelet op de omstandigheid dat de inventaris was verpand aan een derde.Verder heeft de gerechtsdeurwaarder ter beeindiging van de openbare verkoop een afspraak gemaakt met partijen. Vaststaat dat de gerechtsdeurwaarder deze afspraak niet juist in het opgemaakte proces-verbaal heeft weergegeven. Daarna heeft de gerechtsdeurwaarder de onduidelijkheid die hierdoor is ontstaan nodeloos laten voortbestaan. Voorts oordeelt de kamer dat de gerechtsdeurwaarder in strijd heeft gehandeld met artikel 7 van de Verordening Normen voor Kwaliteit.Maatregel: schorsing voor twee weken.